"Hmmm, oliebollen !"
"We hebben juist gegeten, Lowie."
"Ik ruik wafels."
"Ja Lowie, gewoon doorlopen, jongen."
"Oh, moesie, een snoepkraam."
"De kast zit thuis vol, Lowie."
"Kijk ! Een reuzenshoarmapan !"
"Hier blijven, Lowie."
"Wéér een snoepkraam."
"Wat heb ik je gezegd ?"
"Een lekkere braadworst, mams !"
"Niks van, Wiebel, en ook geen frietjes of hamburger."
"Ijsje ?"
"In jouw zoete dromen, vent."
"Oooh, moesie, geef me een nekslag, daar staat wééral een snoepkraam !"
"Njet."
"Wat moet ik dan doen ?"
"Uw neusgaten toestoppen en uw ogen dichtdoen, schatje."
Wetende dat mijn rakker mij de vorige dagen al 1 magnumijs en 1 gigantische zak snoep had afgepingeld, voelde ik mij echt geen slechte moeder.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
4 opmerkingen:
... en wat had de mama al allemaal naar binnen gewerkt?
Lemmy,
vast : niks
vloeibaar : te veel
Dochterlief (in september wordt ze drie) probeert haar pa ook rond haar vinger te draaien: mag ik een snoepje papa, alstublieft, alstublieft, *houdt hoofd schuin* omdat ik het zo lief vraag...
Allé, eentje dan.
En voor papa ook eentje, zei ze toen met een glimlach.
Een reactie posten